woensdag 26 november 2008 |Bron: De Gelderlander
Bij de start leverde wethouder Jan van der Meer het eerste vrachtje af.
Zie ook:
Leveranciers laten de goederen achter bij het centraal magazijn aan de Waalbandijk. Vandaar gaan de spullen met de transportfiets of milieuvriendelijke vrachtwagentje naar de winkel. Het effect: geen grote stinkende vrachtwagens in de winkelstraat. Goed voor het milieu, plezierig voor de bezoekers van de binnenstad.
Zo zijn Birgit Hendriks en Max Prudon van Binnenstadservice in april begonnen.
Inmiddels zijn 63 winkeliers aangesloten bij Binnenstadservice. Hun aantal groeit.
Honderd winkeliers, dat zou mooi zijn, zegt Hendriks in het centraal magazijn.
“Dan maak je al het verschil. Vervoerders hoeven niet de stad in, of in ieder geval korter.”
Claudi Brinkhuis, een van de zeven werknemers van Binnenstadservice, puzzelt op de stadsritten voor die dag. Wat moet ’s ochtends met de milieuvriendelijke vrachtwagen mee? En wat kan ’s middags met de transportfiets? Op dat moment worden drie pallets afgeleverd voor een ondernemer.
“Zal ik hem maar even bellen of hij die alledrie tegelijk in zijn winkel wil hebben?”, overlegt ze met Birgit.
“Zal ik hem maar even bellen of hij die alledrie tegelijk in zijn winkel wil hebben?”, overlegt ze met Birgit.
Goed idee. Ze kennen de winkel, en drie pallets ineens, dat lijkt wat veel. Ze krijgen gelijk.
“Laat er twee asjeblieft tot dinsdag staan!”, vraagt de ondernemer. Geen probleem.
In april ging de proef van start. De kost gaat voor de baat uit. Er moet geld bij, maar dat is ingecalculeerd.
“Halverwege het derde jaar gaan we een beetje geld verdienen”, zegt Hendriks die zich een echte ondernemer voelt. Eén dag in de week helpt ze mee bij Binnenstadservice. Ze geeft ook les aan studenten, onlangs nog aan leerlingen van een logistieke opleiding in Sittard. En ze sjouwt naar de beleidsmakers in de Den Haag, naar ondernemersverenigingen en naar transporteurs – ‘wat is het jullie waard om een afleveradres buiten de binnenstad te hebben’ – om het Nijmeegs model, zoals Binnenstadservice heet, toe te lichten.
“Halverwege het derde jaar gaan we een beetje geld verdienen”, zegt Hendriks die zich een echte ondernemer voelt. Eén dag in de week helpt ze mee bij Binnenstadservice. Ze geeft ook les aan studenten, onlangs nog aan leerlingen van een logistieke opleiding in Sittard. En ze sjouwt naar de beleidsmakers in de Den Haag, naar ondernemersverenigingen en naar transporteurs – ‘wat is het jullie waard om een afleveradres buiten de binnenstad te hebben’ – om het Nijmeegs model, zoals Binnenstadservice heet, toe te lichten.
Milieu, duurzaamheid, dat zijn zaken waar Hendriks haar tijd, energie en geld in wil steken. Omdat ze er in gelooft. Voor Hendriks, voormalig binnenstadmanager, begint het verhaal met het gemeentelijke plan om milieuzones in de binnenstad in te stellen. Hendriks zag de berg regelgeving en bijgevolg de ellende al aankomen. Een virtueel hek om de stad, daar wordt niemand blij van.
Met Max Prudon ging ze op zoek naar een alternatief dat nu Binnenstadservice heet. De Nijmeegse binnenstad telt 630 winkels. Voor de helft ervan, 300 à 350, kan Binnenstadservice interessant zijn. Zelfstandige detaillisten die met diverse leveranciers werken. “Soms wel twintig of dertig.”
Want filiaalbedrijven hebben hun eigen distributiecentra. De winkelier wordt opdrachtgever van het laatste stukje vervoer.
Hij geeft het magazijn aan de Waalbandijk als afleveradres op.
En van daaruit brengt Binnenstadservice de goederen de winkel binnen, op elk gewenste dag van de week.
Of de goederen gaan vanuit het magazijn rechtstreeks naar de klant.
Kantoren kunnen trouwens ook meedoen met Binnenstadservice.
Ondernemers van het bedrijfsverzamelgebouw waar Hendriks haar bedrijf heeft, laten hun printpapier en folders ook bij Binnenstadservice afleveren.
“We gaan de files niet oplossen, maar ondernemers hebben wel een alternatief.”
Inmiddels kijken andere steden met grote belangstelling naar het Nijmeegse initiatief, waaronder Arnhem, Den Bosch, Utrecht, Enschede en Den Haag. Er zijn al plannen voor een landelijke formule geënt op het Nijmeegse model. Hendriks gaat dat niet doen.
“Dat moeten mensen zijn die de stad kennen, een netwerk hebben.”
Vanuit een centraal magazijn aan de rand van het centrum gaan goederen naar de winkels.
Inmiddels doen 63 winkeliers mee met Binnenstadservice.nl. „We lossen files niet op, maar bieden een alternatief.” Als Jehova-getuigen gingen ze de winkeliers langs. Binnenstadservice, zo’n mooi initiatief.